Ik heb een hekel aan haast. Omdat ik wel hou van op tijd komen is onze oplossing voor een rustig ochtendritueel dat we heel vroeg opstaan. Na de wekker om kwart over zes gaan we dan eerst knuffelen in het grote bed en is er daarna alle tijd om langzaam richting het ontbijt te druppelen. Een half uurtje eerder opstaan om dan de rode maan te gaan bekijken vanuit ons zolderraam leek dan ook niet al te veel moeite op deze koude maandagochtend. De bloedmaan is een maansverduistering die in een hoop oude verhalen figureert, en terwijl ik Jurre zover kreeg om het statief van mijn camera te gaan bevrijden uit ons bevroren schuurtje mijmerde ik wat over de maan en de liefde.
Maankinderen
Sommige culturen dachten dat wolven de maan opaten, en dat ze daarom rood kleurde. Of dat er van seks tijdens maansverduisteringen maankinderen geboren werden die door demonen bezeten waren. Bij ons gaat de maan ook over kinderen, maar dan over kinderen en liefde. Niet omdat wij nu zo romantisch zijn (dat mocht ik willen), maar omdat ik mij ooit toen Lyka klein was liet verleiden tot het kopen van het boekje “Guess how much I love you” . Het prentenboekje gaat over Grote Haas en Kleine Haas. De laatste houd van de eerste, en bedenkt steeds weer opnieuw hoeveel, waar de Grote dan steeds weer overheen gaat. Omdat het boek als een van de weinig na jaren nog zowel heel en aanwezig bleek te zijn toen Finn werd geboren is onze afscheidszin als de kinders naar bed gaan al jaren: “I love you to the moon and back”
Een beetje van Delft gaat daar natuurlijk de overtreffende trap van opzoeken. (Gewoon maar meteen gaan slapen is bovendien erg 2000-langgeleden) “Ik hou van je tot aan Mars en terug”, probeerde Skylanne. “Maar IK hou van JOU tot aan het Andromeda Stelsel” riep Finnley, die had opgelet de laatste keer dat ik het over andere sterrenstelsels had. “Dan hou IK van je tot het einde van het universum. En terug. En dat dan duizend keer.” Meldde Sky vervolgens met een stelligheid waar geen speld tussen te krijgen was.
Liefde gaat heen en terug
Liefde voor je kind voelen is een ontzettend mooi trucje uit het dierenrijk om ervoor te zorgen dat wij onze jonkies niet laten verkommeren onder een struik of in een grot, maar ze op sleeptouw nemen en een opvoeding geven. Een beetje ouder houdt zich te pletter van zijn kind. Even een uitleg voor de mensen zonder kinderen: soms loop ik de kamer in van mijn slapende kind, waar ik dan met tranen in mijn ogen naar ga staan kijken omdat ik zó veel van ze hou. Niet dat ze daar iets voor doen ofzo, dat ís gewoon zo. (Sterker nog, als ze wél iets doen, loop je de kans dat het houden ervan alleen maar erger wordt. Je moet me eens zien snotteren als ze ergens een uitvoering van hebben, of een nieuw trucje hebben geleerd..) Ze moeten heb niet in hun hoofd halen om voor hun vijfentwintigste op te houden met ons knuffelritueel in het grote bed. Dat soort dingen doet houden van met je. (oké, en het helpt enorm dat er door de afhankelijke kroost ook van jou gehouden wordt. Van die momenten dat ze gevallen zijn met papa*), en dan tóch bij jou komen. Je wilt je man niet afvallen, maar toch voel je je stiekem fijn als ze bij jou op schoot kruipen)
Het zelfbeeld van transgenders
Maar die maan is niet voor alle transgenders even bereikbaar. Onze dochter bijvoorbeeld is altijd bang dat we niet genoeg van haar houden. Al eerder kwam uit onderzoek dat het zelfbeeld van transgenders vaak lager is dan van cisgender personen. Sky wil die cijfers graag waarmaken en denkt helaas structureel dat zij minder gaaf is dan een ander. (iets waar wij overduidelijk anders over denken, en waar we regelmatig haar mee proberen te besmetten, maar tot nu toe sorteert dat nog niet super veel effect). Ze wéét wel dat wij van haar houden, tot het moment komt dat zij zich minder voelt (ze heeft bijvoorbeeld de paarse beker niet gekregen bij het avondeten. Of Finn mocht deze week een half uur meer screentime dan zij. Menige brusjes hebben een soort zesde zintuig als het over de eerlijke verdeling van de beschikbare resources gaat, tot grote vermoeidheid van de ouders, die keer op keer uitleggen dat je nu eenmaal niet alles altijd eerlijk kan verdelen) en breekt dan subiet in luidruchtig huilen uit waarom wij haar toch zoveel minder leuk vinden dan Finnley en hadden we haar niet leuker gevonden als ze een echt meisje was geweest. **)
Jezelf niet als volwaardig persoon zien maakt houden van soms ingewikkeld. Ook hebben niet alle genderkinderen (groot of klein) mensen om zich heen die van hén houden. Mogelijk houden die mensen wel van hen, maar onder bepaalde voorwaarden. Of is de angst voor het onbekende uiteindelijk groter dan het houden van. Zo maakten wij mee dat een kennis van ons werd genegeerd door haar lievelingsopa, omdat ze het gewaagd had zichzelf te willen zijn en zich meisje te noemen. Ik lees in de krant het verhaal van de transman die graag kinderen wil, maar het alleen niet goed aandurft, omdat sinds zijn coming out de meeste van zijn vrienden verdwenen zijn. Of we zien we op TV de jonge christelijke homo, die zijn ouders al jaren niet meer heeft gezien, omdat Jehova’s getuige zijn in hun ogen niet samen ging met contact blijven hebben met hun jongste zoon. Deze mensen hebben mogelijk, ooit, op dezelfde manier aan het bed van hun (klein)kind gestaan als ik, met dezelfde tranen in hun ogen, en gefluisterd: ‘Tot aan de maan, en terug.’
Wat doe je eraan?
Dat zelfbeeld kan ik niet zo maar ombuigen ***), de gedachten over haarzelf veranderen, en maken dat mijn kinderen zich zien als de geweldige spruiten die ze bij tijd en wijle (als ze niet op de bank springen) echt zijn. Wat ik wel kan is keer op keer bevestigen dat het oké is wat ze voelen, ook al klinkt het nog zo gek. Wat zij voelen is namelijk gek genoeg altijd waar. Onhandig, mogelijk. Onbegrijpelijk? Soms. Zou fijn zijn als het anders was? Tuurlijk. Maar voor hun is dat gevoel echt. En dus zeg ik keer op keer dat ik om ze geef, dat niets wat ze doen ooit zal maken dat ik zal stoppen van ze te houden. Hun gedrag kan ik mogelijk afkeuren, en ze vervolgens verplichten de bank te stofzuigen, maar mijn liefde zullen ze altijd houden. Minstens tot aan de maan en terug op een koude winterochtend.
*) De andere ouder M/V/X
**) Dit is een ietswat in scene gezet voorbeeld. Alhoewel het, in theorie, eigenlijk best zo had kúnnen gaan…
***) Als gevoel bevestigen en liefde geven niet genoeg helpt kan een psycholoog, danstherapeut of andere hulpverlener met een beetje verstand van zelfbeeld ook heel goed helpen. Je wordt er geen elleboogwerkend, zelfverheerlijkend persoon van, maar als je negatieve zelfbeeld je erg dwars zit kan het zeker ontzettend helpen.
‘Ik hou van jou tot de maan en terug’ zeggen mijn moeder en ik ook heel vaak tegen elkaar! 😀
Ik vind dat je heel goed omgaat met haar onzekerheid. 🙂 Ik vind het fijn om dit te lezen omdat ik t fijn vind dat ze zulke lieve, goede ouders heeft. 🙂
En ik vind dit sowieso een goed stuk over hoe negatief zelfbeeld werkt en hoe je er als omgeving mee om kan gaan. 🙂
Hey Maaike, wat grappig 🙂 Ik denk dat er heel veel meer mensen die het zeggen, het is best wel een bekend boekje inmiddels geloof ik. Dankjewel voor je compliment!
Taya