Heeft je genderkind hulp nodig?


Het is een druilerige ochtend de lente. Ik sluimer op de bank met een kopje thee, aan het opwarmen na het trotseren van de regenbui die ik moedig als een leeuwin doorstond om mijn pups op school te krijgen. Van die zes minuten moest ik duidelijk eens flink bijkomen. Genietend van de warmte van de Earl Grey luister ik naar het tikken van de regen tegen de ruiten. Ik voel me warm en geborgen, geknuffeld als ik wordt door de kater die kopjes probeert te geven tegen de arm met het theekopje. Ineens komt er een gedachte bij me op: Zouden we Skylar moeten aanmelden bij de genderpoli?

Geen behoefte aan een professional

Ergens een jaar of wat geleden dropte mijn schoonmoeder de vraag om hulp. Zij vroeg zich af of wij, of Sky, of wij allebei, niet eens met iemand zouden moeten praten. Toentertijd lachte ik dat wat weg. Hulp? Dat is voor als je lást van dingen hebt. Mijn zoon had alleen maar een jurk aan, en hield van roze en glitters. Hij was nog geen vijf jaar jong en ik dacht niet dat we die kant uit zouden gaan. Wat mij betreft mocht hij dragen wat hij wilde, of dat nu jurken waren of pimpelpaarse broeken met oranje stippen, daar had ik toch geen professional bij nodig? Ik had er geen moeite mee, en hij leek blij en gelukkig. Als hij later nou écht transgender zou blijken te zijn, dan misschien. Maar nu, nee, dat leek mij wat voorbarig.

Het werd zomer en weer winter en mijn kind werd steeds vrouwelijker. Steeds vaker meldde hij dat hij jongenszaken maar stom vond, en dat zijn voorkeur toch echt lag bij roze glitters. Nogal eens volgde deze bewering op een wild spel met stokken in het park, of een ninjagevecht met Finnley wat hij naakt uitvocht op het grote bed. (Wij ouders zijn dat vergeten, maar alle vormen van ninja gevechten, maar vooral die waarbij de ninja scheetkracht en poopforce bezit, zijn véél beter uit te vechten als je je kleren uittrekt. Er is een onweerstaanbare aantrekkingskracht van blote billen voor kleuters.) Ondanks zijn soms overduidelijke jongetjes-heid *) werd hij steeds stelliger over zijn wens om later meisje te willen worden. Er kwamen nog meer jurkjes, rokken en ook badpakken en hij verruilde de mannen wc voor het meisjes toilet.  Moesten we dat hulp zoeken niet eens opnieuw overdenken?

Wanneer moet je genderkind hulp?

Wanneer heeft je genderkind eigenlijk een professional nodig? Ik denk dat voorop staat dat je iemand kunt inschakelen als je kind, of jij als ouder, ongelukkig bent of met heel veel vragen zit. Als je zelf met de handen in het haar zit omdat je niet weet wat je moet met je roze zoon of je dochter die elke jurk woedend uittrekt, trek dan aan de bel en zoek iemand die wat sturing kan bieden. Als er een moment is waarop je merkt dat je kind met zichzelf en zijn gender in de knoop zit, ongelukkig is met zijn lijf of last heeft van depressief achtige klachten, dan is het tijd om de huisarts eens met een bezoekje te vereren. Dat gezegd hebbende: wij hadden dat dus allemaal niet. Onze Skylar leek wel tevreden met zichzelf in zijn jurk en wij vonden dat wel prima. Ik had niet het gevoel dat mijn opvoeding op gendergebied de helpende hand van een professional nodig had. We hadden geen slapeloze nachten en al mijn haar zat nog keurig in model. Ik kon mijn ei over genderzaken kwijt aan Jurre, aan mijn blog, en anders aan vriendinnen terwijl we in de zon zaten met een kopje thee. Feitelijk maakte ik me helemaal niet zo druk eigenlijk. Waarom dacht ik hier dan toch over na?

Kijken naar de toekomst

We zijn wel op zoek gegaan naar enige vorm van ondersteuning. Toen Finn in zijn jurk naar school wilde  ben ik voor de directrice in de laptop geklommen om te zoeken naar wie er ervaring had met hoe je zoiets op school brengt. Niet dat ik dat vond, maar het maakte wel dat ik me meer ging verdiepen in het concept genderpoli. Stel nu dat mijn Sky ooit in transitie wilde, dan wilde we hem mogelijk aan de puberteitsremmers.  Dat zijn medicijnen die ervoor zorgen dat je kind niet in de puberteit komt. Een geboren meisje krijgt zo geen borsten en wordt niet ongesteld en een geboren jongen zal zijn stem niet lager horen worden en krijgt geen gezichtsbeharing. Daarbij zorgen remmers ervoor dat je het tijdstip van kiezen wat kunt uitstellen. Zo kan een vijftien jarige kan beter aangeven wat hij wil dan een elf jarig, is het idee. (Meer over remmers en hormonen hier, een Belgische site, maar met een hele mooie duidelijke uitleg) Maar goed, stel dus he, dat mijn zoon tegen die tijd nog steeds overtuigd meisje wil zijn (of overtuigd is genderfluid te zijn maar gruwelt van het idee een baard te krijgen en wel een vagina ambieert), dan moet ik met hem naar een genderpoli, bijvoorbeeld bij het VUmc

Dat VU, dat heeft een behoorlijke wachttijd. Stel nu dat ik wacht met hulp zoeken tot hij bijna tiener is, en we moeten dan nog de diagnostische fase door, dan heeft hij al zoveel haar op de wangen dat ik een scheerapparaat kan kopen. Zou het niet handiger zijn als we dat nu al zouden doen?  Dan ben je maar vast met naam en toenaam bekend, dat kan alleen maar handig zijn, toch? Meerdere ouders op de kinderdag van Transvisie raadden me aan om alvast een afspraak te maken. De medische wereld is log en sloom, in hun optiek, en des te eerder je bekend bent des te makkelijker zaken verlopen. Daarbij kon zo’n diagnose van genderdysforie ook nog wel eens helpen bij allerhande andere zaken, van wc’s op school tot sportclubs en familieleden.

Voor de zekerheid

Hmm, daar zeg je zo wat. Niet dat ik me wil laten leiden door anderen natuurlijk. Het is duidelijk dat ik diagnoses niet perse noodzakelijk vind. Ik bedoel, na een diagnose ben je als mens nog steeds dezelfde. Ik zie het medium meer als noodzakelijk iets voor behandelplannen en verzekeringsvergoedingen. Van het hebben van die sticker krijg je verder niets, Sky zal er niet anders van worden. Maar.. het zou zomaar kunnen helpen bij het uitleggen van bepaalde zaken. Aan Tante To en Oom Piet bijvoorbeeld. Of aan de school, mochten we ooit besluiten dat hij daar, in navolging van het zomerkamp , ook als meisje aangesproken gaat worden. Kan het feitelijk kwaad om naar de genderpoli te gaan?

Enig navraag bij andere ouders op de familiedag van Go leerde dat je vooral een dagje diagnostisch onderzoek krijgt. Gesprekken met de psycholoog voor ons als ouders, vragenlijsten invullen, een gesprekje met je kind. Daarna volgt al dan niet een diagnose en daarna heb je eigenlijk geen last meer van ze. Als je zelf niet vraagt om ondersteuning krijg je hem ook niet aangeboden, en als je niet zelf contact opneemt tegen de tijd dat je kind gaat puberen hoor je nooit meer iets van het VU. Je kind staat dan verder alleen nog in hun systeem een anonieme statistic te wezen, een getal op een kaart om aan te geven dat er kinderen zijn zoals hij. Misschien moeten we het maar doen, voor de zekerheid. Het kan geen kwaad in ieder geval, zo leek mij, en lijkt alleen mogelijke voordelen te hebben.

De stap genomen

Zo zat ik na een tijdje met Skylar bij de huisarts. ‘Waarom zijn jullie hier?’ vroeg die. ‘Ik wil een meisje worden.’, zei mijn zoon. ‘Goh, dat kan’, zei de arts, ‘heb je dat allang?’ Na een kwartiertje stond ik met een verwijzing voor het ziekenhuis weer buiten. De wachttijd kon beginnen.

In de tussentijd dacht ik eigenlijk helemaal niet heel veel na over de genderpoli. Soms vroeg ik me af hoe het zou lopen als Sky de diagnose níét zou krijgen, en wat dat met mij zou doen. (Met hem niet zo veel denk ik. Want hij maalt niet om diagnoses. Alleen om welke mooie jurken hij aan mag trekken en wanneer hij boobies kan krijgen.**) Soms twijfelde ik, moesten we dit wel doen? Medicaliseerde ik nu niet heel erg de drang van mijn zoon tot roze en glitters? Had ik dit ook nu al gedaan als hij een meisje was geweest met een voorkeur voor voetbal en in bomen klimmen? Maar we hadden een aanmelding gedaan. We zouden gewoon afwachten en wel zien wat er van kwam. Skylar was en bleef tenslotte gewoon Sky. We gingen op vakantie naar een dorp verderop en vergaten het weer.

De brief

Toen we thuiskwamen lag er een brief. ‘Jurre, er ligt een brief hier, van de VU, dat we al op screeningsgesprek mogen komen! Oh.. Op 9 augustus. Dat was gisteren..’ Skylar, die toevallig bijzonder hulpvaardig een tas naar boven aan het dragen was barstte in tranen uit. ‘Nee!! Dan kan ik nooit meer meisje worden…!!’ (Het is duidelijk dat een deel van mijn genen die het drama in de familie regelen op hem zijn over gegaan.) Uiteindelijk bleek het mee te vallen. Het gesprek bleek telefonisch, en bovendien nu we blijkbaar door een deel van de wachtlijst heen waren gauw verzet naar eind augustus.

Het is een druilerige ochtend in de zomer. Ik sluimer op de bank met een kopje thee, blij dat ik niets te maken hoef te hebben met de regen waardoor Jurre met de kinderen naar het zwembad is getogen zodat ik wat tijd kan doorbrengen met mijn laptop. Heeft ons genderkind hulp nodig? Geen idee. Misschien wel niet, maar omdat ik niet overtuigend genoeg ‘nee’ kan zeggen op die vraag doen we het toch wel. Wat daar van komt? Ik weet het nog niet. Eén ding weet ik in ieder geval zeker: Skylar blijft zichzelf, mijn blauwogige knuffelmonster die ‘s ochtends tegen me aankruipt met zijn warme lijf, die rondzwiert in lange jurken, elfjes helemaal geweldig vind en super goed is in de clown uithangen. Al het andere is eigenlijk bijzaak.

 

*) Raar is dat, hoe wij, nog steeds, gedrag aan een geslacht koppelen. Ik heb ergens de neiging om zijn waarschijnlijkheid tot transgender zijn te koppelen aan  de vrouwelijkheid van zijn gedrag. Hij doet ook jongensdingen, dus het zal wel meevallen, denk ik dan. Terwijl ik, zelf overtuigd volbloed vrouw, mijn hele jeugd in bomen klom en bijzonder verbolgen was over de privileges die de jongens blijkbaar kregen en die wij als meiden moesten ontberen. Mij deed je meer plezier met nieuwe skates dan met een barbiepop. Het zegt dus helemaal niets. Maar toch koppelen we dat. Als mensheid koppelen we zelfs zo erg geslacht aan gedrag dat veel transgenders twijfelen of ze wel ‘trans genoeg’ zijn. terwijl het, dus echt, helemaal niets zegt. Ook een transvrouw die niet van jurken houdt, een hekel heeft aan chocolade en niet haar hele leven al weet dat ze eigenlijk meisje had moeten zijn is echt transgender. Mijn blote billen kind kán dus ook best in transitie willen later. Dat hij nu zijn piemel niet haat zegt iets, maar zeker niet alles.

**) Verbolgen was mijn kind, toen hij vernam dat je pas op hele late leeftijd medicijnen kunt krijgen waar je borsten van kunt krijgen. Zestien, dat is oúd! Dat duurt nog ééuwen! Toen ik vertelde dat meisjes die met een vagina geboren worden ook geen borsten krijgen als ze zeven zijn scheelde dat iets geloof ik.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *